Total verb forms: 52
Imperatives and participles |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | binnenstormend |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | binnengestormd |
Type | ik | jij | hij/zij/het | wij | jullie | zij |
Presens | storm binnen | stormt binnen | stormt binnen | stormen binnen | stormen binnen | stormen binnen |
Imperfect | stormde binnen | stormde binnen | stormde binnen | stormden binnen | stormden binnen | stormden binnen |
Toekomende tijd I | zal binnenstormen | zult binnenstormen | zal binnenstormen | zullen binnenstormen | zullen binnenstormen | zullen binnenstormen |
Conditionalis I | zou binnenstormen | zou binnenstormen | zou binnenstormen | zouden binnenstormen | zouden binnenstormen | zouden binnenstormen |
Perfectum | ben binnengestormd | bent binnengestormd | is binnengestormd | zijn binnengestormd | zijn binnengestormd | zijn binnengestormd |
Voltooid verleden tijd | was binnengestormd | was binnengestormd | was binnengestormd | waren binnengestormd | waren binnengestormd | waren binnengestormd |
Toekomende tijd II | zal binnengestormd zijn | zult binnengestormd zijn | zal binnengestormd zijn | zullen binnengestormd zijn | zullen binnengestormd zijn | zullen binnengestormd zijn |
Conditionalis II | zou zijn binnengestormd | zou zijn binnengestormd | zou zijn binnengestormd | zouden zijn binnengestormd | zouden zijn binnengestormd | zouden zijn binnengestormd |
Imperatief | - | storm binnen | - | - | stormt binnen | - |
Verbs similar to binnenstormen
Conjugated verbs before and after binnenstormen
More actions for binnenstormen